4.2.14. De zeeslag voor Drepanum en
zijn gevolgen.
Ook in 249 lag er voor Lilybaeum een
blokkadevloot van de Romeinen onder
het bevel van Publius Claudius
Pulcher. Dat blokkeren lukte lang niet
altijd, want keer op keer konden
snelle Carthaagse bevoorradingsschepen
door de blokkade heenbreken. Zelfs is
een geval bekend, waarbij een
Carthaagse admiraal Mago het
presteerde om met 50 schepen ongehinderd in
en uit de haven te zeilen na keurig
zijn verse troepen en voorraden aan
wal te gezet te hebben. Drepanum was ook nog in handen van de
Carthagers en daarin lag continu een
aanzienlijk Carthaags eskader onder
het bevel van Adherbal.
Consul Claudius Pulcher vatte nu het
plan op om de Carthagers bij
Drepanum te verrassen door bij nacht
naar die haven te gaan met een deel
van zijn blokkadevloot. Vrijwilligers
uit de Romeinse legioenen, die
voor Lilybaeum aan de landzijde hun
blokkadewerk deden, werden aan boord
genomen. Bij zonsopgang bereikte de
Romeinse vloot Drepanum, maar daar
was men op tijd gealarmeerd. Keurig
verlieten alle Carthaagse
oorlogsschepen de haven en het was
Claudius, die in zijn eigen val liep.
Polybius geeft het volgende
gedetailleerde verslag van het
grote zeegevecht:
DE CARTHAAGSE SCHEPEN WAREN
SNELLER DAN DIE VAN DE ROMEINEN
ALS GEVOLG VAN HUN BETERE
CONSTRUCTIE EN DE KUNDE VAN DE
ROEIERS EN HUN POSITIE WAS
GUNSTIGER, WANT ZIJ HADDEN HUN
LIJN ONTWIKKELD IN DE OPEN ZEE.
ALS EEN SCHIP ZICH IN DE
VERDRUKKING ZAG KOMEN, GEBRUIKTE
DAT ZIJN SNELHEID OM IN
OPEN ZEE TERUG TE TREKKEN, WAARNA
OMGEDRAAID WERD OM DE
ACHTERVOLGERS VAN ACHTEREN OF VAN
OPZIJ AAN TE VALLEN.
IN ZULK EEN SITUATIE MOESTEN DE
ROMEINSE SCHEPEN OOK KEREN
EN GERAAKTEN DAN IN MOEILIJKHEDEN
VANWEGE HUN GEWICHT EN DE
SLECHTE ROEIKUNDE VAN DE
BEMANNING! ZIJ WERDEN DAN GERAMD
EN VELEN WERDEN TOT ZINKEN
GEBRACHT. BOVENDIEN KONDEN DE
CARTHAAGSE SCHEPEN GEMAKKELIJK IN
OPEN WATER ELKAAR TE HULP
SNELLEN ACHTER HUN EIGEN LINIE
OM. DAAR TEGENOVER STOND, DAT
GEEN ENKEL ROMEINS SCHIP ZICH
ACHTERWAARTS KON TERUGTREKKEN,
OMDAT ZIJ TE DICHT AAN LAND
VOCHTEN. DE ROMEINSE SCHEPEN, DIE
IN DE VERDRUKKING KWAMEN, LIEPEN
OFWEL AAN DE GROND BIJ DE
ACHTERSTEVEN, OFWEL ZIJ VLUCHTEN
GEWOON NAAR DE KUST TOE.
OM DOOR DE CARTHAAGSE LINIE TE
ZEILEN EN OM VAN ACHTEREN
CARTHAAGSE SCHEPEN AAN TE VALLEN,
ZOALS AL BESPROKEN, WAS
ONMOGELIJK DOOR HET GEWICHT VAN
DE SCHEPEN EN DOOR DE ONER‑
VARENHEID VAN DE BEMANNINGEN. ZIJ
KONDEN ELKAAR GEEN HULP
BIEDEN ACHTER DE EIGEN LINIE OM,
OMDAT ZIJ TE DICHT OP DE
KUST ZATEN.... ZO WAS DE
MOEILIJKE POSITIE VAN DE ROMEINEN
IN DE ZEESLAG: SOMMIGE SCHEPEN
LIEPEN AAN DE GROND IN ONDIEP
WATER EN ANDEREN VLUCHTEN OP HET
STRAND. DE CONSUL, DIE ZAG
WAT GEBEURDE, ONTSNAPTE TER
LINKERZIJDE LANGS DE KUST MET
ONGEVEER DERTIG SCHEPEN.
Toen de eerste Romeinse schepen de
ingang van de haven van Drepanum
bereikten, vonden ze daar niets.
Integendeel, de Carthagers lagen gereed
voor het gevecht aan de zij‑ en
achterkant van de Romeinse vloot. De
Carthagers bestreken in een grote
boog de open zee en de Romeinen
probeerden haastig nog enige slagorde
binnen hun vloot te construeren.
Nog voor de zeeslag begon, was hij
eigenlijk al verloren voor de
Romeinen, die aan alle kanten werden
ingesloten. Claudius Pulcher
schijnt als een van de eersten
gevlucht te zijn en met hem nog ca.
dertig schepen. Van de ongeveer 120
Romeinse schepen vielen er 93 in
Carthaagse handen, terwijl een
aanzienlijk deel van de legioenen, die
meegegaan waren vanuit hun kamp voor
Lilybaeum, ook verloren ging.
Zo werd in één klap 75% van de Romeinse
vloot, die in de voorste linie
lag, uitgeschakeld. Zelden hebben de
Carthagers een grotere overwinning
op de Romeinen bevochten, als deze
aantallen ook de juiste zijn. Alleen
de slag bij Cannae is het summum,
maar dat was op het land!
Van de kundige admiraal Adherbal (Adirbaal)
weten we verder niet veel. Wel is
bekend, dat kort na de zeeslag de
resterende Romeinse blokkadevloot voor
Lilybaeum werd verdreven en dat voor
Panormus ook een Romeinse
transportvloot werd onderschept.
Kennelijk blijft Adherbal gewoon op
zijn post in Drepanum, want hij
stuurt Carthalo met de vloot her en der
heen. Het zeekamp van de Romeinen bij
Lilybaeum wordt aangevallen en
Himilco doet opnieuw een uitval.
Daarna gaat Carthalo met 120 schepen
naar Herakleia (Ras Melkart).
De tweede consul van de Romeinen had
in dat jaar de opdracht om de
schepen en troepen voor Lilybaeum te
bevoorraden. Lucius Iunius Pullus
kwam in Syracuse aan met 120
oorlogsschepen en 800 transportschepen.
Wat een geweldige macht moet dat zijn
geweest. Pullus stuurt om een of
andere reden alvast 400 transportschepen
vooruit. Voor Gela krijgt
Carthalo met zijn 120 oorlogsschepen
de grote transportvloot in zicht,
die waarschijnlijk door 60
oorlogsschepen wordt begeleid. Carthalo
behaalt enig succes en de Romeinen
trekken snel terug op Phintias.
Carthalo nestelt zich met zijn vloot
aan de monding van de Halykos.
Dan komt Pullus met het tweede deel
van de transportvloot, die
waarschijnlijk eveneens 60
beschermende oorlogsschepen heeft. Behendig
omzeilt vervolgens Carthalo het
eerste deel van de transportvloot en
valt de vloot van Pullus aan. De
Romeinen moeten hun schepen voor anker
laten gaan op de rede van Gela en
Camerina. Pullus wil eigenlijk terug
naar Syracuse, maar door het weer of door de
Carthaagse vloot wordt hij
daaraan gehinderd. Carthalo kiest
vervolgens positie tussen beide
transporten in, waardoor hij de
Romeinen in de tang kan houden.
DE MARITIEME KRACHTSVERSCHUIVING
VAN 249 (oorlogsschepen)
rondom Sicilië & Africa (+/‑
20% voor begin‑ en eindgetal)
Carthagers Romeinen
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
begin 249 120 243
Drepanum +93 ‑93
Camerina xxx ‑120
eind 249 213 30
‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑‑
Dat duurt niet lang, want hij ziet
een storm opkomen en brengt snel zijn
vloot in veiligheid om de kaap
Pachynos heen in rustiger water.
De Romeinen hebben hun vloot niet op
tijd in veiliger oorden kunnen
krijgen en krijgen van de natuur de
volle laag. Honderden transport‑en
oorlogsschepen gaan verloren. Volgens
een overlevering is zelfs het
wrakhout niet meer bruikbaar. Het is
het volstrekte dieptepunt van de
Romeinen in de zeeoorlog.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten